Een paar weken geleden sprak ik iemand die een probleem had met een zakelijke relatie. Hij vroeg mij hoe ik zoiets zou aanpakken. Wat zou ik doen om de relatie te repareren? Vrij direct antwoordde ik met de wedervraag waarom hij niet gewoon zou stoppen met die relatie. Dat was niet het juiste antwoord. En om eerlijk te zijn vond ik het ook nogal laf klinken van mijzelf. Sindsdien heeft de kwestie mij bezig gehouden en ben ik er steeds meer van overtuigd geraakt dat ‘stoppen’ een goed alternatief is. Misschien wel het belangrijkste.
Het eerste voordeel van het alternatief ‘stoppen’, is dat je er weer een alternatief bij hebt. Je hebt plots twee opties: stoppen en doorgaan (en de laatste in verschillende vormen). Door de mogelijkheid van stoppen aan je opties toe te voegen sta je niet meer met je rug tegen de muur. Je schept hiermee ruimte voor jezelf, in je handelen en in onderhandelingen.
Dat je het alternatief ‘stoppen’ beschikbaar maakt, wil niet zeggen dat je de optie moet gebruiken. Door te kunnen stoppen is ‘doorgaan’ geen ‘moetje’ meer, maar een vrije keuze. Je gaat door, niet omdat je moet, maar omdat je dat wilt. Door deze realisatie kom je (weer) in je kracht.
Nu ‘doorgaan’ een keuze is, is het belangrijk om na te gaan waarom je dat eigenlijk wilt. Je moet de voordelen van de relatie boven water tillen. Weten waarvoor je het doet. Dat geeft motivatie om in tijden van een conflict met opgeheven hoofd in de relatie te blijven en jouw deel van de deal goed uit te blijven voeren.
Maar als je weet waarom je in relatie wilt blijven, dan weet je ook wanneer je ermee moet stoppen. Er ontstaat een streep in het zand, die voor beide partijen zichtbaar mag zijn. Er is namelijk niets mis met grenzen stellen. Een tijdelijk disfunctionele relatie is prima, maar niet tegen elke prijs. En als jouw grens echt bereikt is? Dan is stoppen oké. Beter ten halve gekeerd en ten hele verdwaald. Al is het mijn pijn in het hart (en de portemonnee).