Bij het schrijven van deze blogpost heb ik taalkundige hulp gehad van Marc Paulissen van Heldere Taal.
Het internet van vandaag is niet wat de uitvinders ervan in gedachte hadden. Dat konden ze ook onmogelijk voorzien. Het internet is nu zelfs heel anders dan vijftien jaar geleden. En de kans is groot dat het internet over vijftien jaar onherkenbaar veranderd is.
Het internet was vijftien jaar geleden een statisch medium; vergelijkbaar met televisie. Een bedrijf of handig neefje plaatste een website op het internet. Die kon vervolgens door anderen bekeken worden.
Websites waren een visitekaartje van een bedrijf. Daarbij was sprake van éénrichtingverkeer: ik communiceer naar jou. Nou ja, ‘naar jou’? Naar een wildvreemde eigenlijk. Als je een website had, dan wist je niet eens wie je bezoekers zijn, laat staan dat die iets terug konden zeggen. Dat is nu anders.
Time Magazine benoemt ieder jaar een ‘Person of the Year’. Dit is een persoon die in dat jaar een uitzonderlijke prestatie geleverd heeft en het leven van velen beïnvloed heeft. In 2006 was de winnaar: ‘You’. Time Magazine maakte hiermee het statement dat iedereen tegenwoordig belangrijk is.
Het internet in zijn huidige vorm, web 2.0, heeft veel meer nadruk op wederzijdse en onderlinge communicatie. Hierbij spreekt de maker van een website een groep mensen aan en geeft hen de mogelijkheid om ónderling te communiceren.
Waar in web 1.0 de maker van de website slechts communiceert naar de bezoeker, communiceren bij web 2.0 de bezoekers terug naar de maker en onderling met elkaar. Op het internet van tegenwoordig sta jij, de bezoeker, centraal.
Iedereen heeft de mogelijkheid zich te kunnen profileren op het web. Dit doen we door advertenties te plaatsen (Marktplaats), samen iets te creëren (Wikipedia) of profielpagina’s over onszelf te maken (Hyves). Web 2.0 gaat over samen iets doen waarbij een initiatiefnemer faciliteert, maar niet per se zelf de inhoud van de website bepaalt.
Dit gaat zelfs zo ver dat bezoekers vrijwillig redactietaken op zich nemen. Let wel: dit is onbetaald werk waar ongemerkt veel tijd in gaat zitten. Mensen vinden het fijn om samen met andere mensen iets te ondernemen en zich onderdeel te voelen van een groter geheel.
Deze trend speelt niet alleen op kleine schaal in de privé-sfeer. Ook in het bedrijfsleven is co-creation een belangrijke trend. Hier wordt het dikwijls open innovatie genoemd. Door samenwerking bereiken bedrijven meer, tegen lagere kosten.
Doordat meer mensen online zijn en vooral meer online doen is er ook meer openheid gekomen in ieders persoonlijke leven. Dat leven ligt (gewenst of ongewenst) op straat. Er is minder privacy. Er is ook minder behoefte aan privacy. Dat ieder huisje z’n kruisje heeft is voor iedereen zichtbaar. En door deze openheid worden taboes meer dan ooit doorbroken.
In de web 1.0 wereld was openheid eng: “Stel dat iemand mijn weblog leest?” In web 2.0 is de reactie anders: “Hoe kan ik ervoor zorgen dat iemand dit leest?”
Pingback: Is web 2.0 relevant? « Florian Hoornaar